U kunt ondertitels inschakelen in de videospeler
Kan de EU de dominantie van technologiegiganten op de digitale markt beteugelen? Het probeert, met de introductie van de Digital Markets Act, of DMA, een baanbrekend stuk wetgeving te verwezenlijken dat het in maart van dit jaar begon af te dwingen. Het doel is om de keuze voor de consument te verbeteren en markten te openen waar Europese start-ups kunnen floreren.
De wetgeving verbiedt technologiegiganten concurrentiebeperkend gedrag te vertonen, zoals het bevoordelen van hun eigen producten en diensten boven concurrenten op hun eigen platforms. Het wil ook niet-conform gedrag stoppen voordat het vaste voet aan de grond krijgt. De EU richt zich op wat zij poortwachters noemt, door de wet gedefinieerd als platforms met een marktkapitalisatie van meer dan 75 miljard euro, meer dan 45 miljoen actieve maandelijkse gebruikers in de EU en een jaaromzet van meer dan 7,5 miljard euro.
Tot nu toe zijn zeven poortwachters aangewezen: het moederbedrijf van Google, Alphabet, Microsoft, Apple, Amazon, Meta, ByteDance en booking.com. Apple en Meta zijn al betrapt op overtreding van de DMA. Als de niet-naleving voortduurt, verleent de wet de Europese toezichthouders buitengewone handhavingsbevoegdheden. Dit omvat boetes tot 20 procent van de totale wereldwijde jaaromzet voor herhaalde overtredingen, wat bedrijven miljarden zou kunnen kosten. Als laatste redmiddel zouden toezichthouders zelfs structurele veranderingen kunnen afdwingen, zoals het uiteenvallen van bedrijven.
De daad heeft een zichtbaar effect gehad. Apple staat bijvoorbeeld alternatieve appstores toe op zijn besturingssysteem in de EU. Google heeft gezegd dat het zal stoppen met het weergeven van zijn vluchtzoekservice in de zoekresultaten in het blok en dat het concurrerende vergelijkingssites meer bekendheid zal geven. Maar er zijn ook tekenen dat de wet de keuze voor de Europese consumenten zou kunnen beperken.
Vorig jaar bracht Meta zijn Twitter-achtige servicethreads vijf maanden na andere delen van de wereld naar de EU, vanwege wat zij onzekerheid over de regelgeving noemden. De grote technologiebedrijven zijn in het verleden bedreven geweest in het herontwerpen van hun diensten om regelgeving te omzeilen. Ze beschikken ook over vrijwel onbeperkte middelen om ze te bestrijden. De vraag zou dus kunnen zijn of de EU-regelgevers bereid zijn de nucleaire optie te overwegen om bedrijven op te splitsen die herhaaldelijk de wet overtreden, met alle gevolgen van dien.