De wetenschap achter schermtijd is gebrekkig, maar we hebben het meer dan ooit nodig


In een tijdperk waarin digitale apparaten overal aanwezig zijn, is de term 'schermtijd' een modewoord geworden in discussies over de impact van technologie op het leven van mensen. Ouders zijn dat bezorgd over de schermgewoonten van hun kinderen. Maar wat als deze hele benadering van schermtijd fundamenteel gebrekkig is?

Hoewel onderzoekers vooruitgang hebben geboekt bij het meten van schermgebruik, volgt een gedetailleerde kritiek op het onderzoek in 2020 bracht grote problemen aan het licht in hoe schermtijd wordt geconceptualiseerd, gemeten en bestudeerd. Ik studeer hoe digitale technologie de menselijke cognitie en emoties beïnvloedt. Mijn lopende onderzoek bij cognitief psycholoog Nelson Roque bouwt voort op de bevindingen van die kritiek.

We hebben bestaande schermtijdmetingen gecategoriseerd en deze in kaart gebracht op basis van kenmerken zoals de duur of contextspecifiek. We onderzoeken hoe deze zich verhouden tot gezondheidsresultaten zoals angst, stress, depressie, eenzaamheid, stemming en slaapkwaliteit. duidelijker raamwerk voor het begrijpen van de schermtijd. Wij zijn van mening dat het groeperen van alle digitale activiteiten voorbijgaat aan de manier waarop verschillende soorten schermgebruik mensen beïnvloeden.

Door dit raamwerk toe te passen kunnen onderzoekers beter identificeren welke digitale activiteiten nuttig of potentieel schadelijk zijn, waardoor mensen meer opzettelijke schermgewoonten kunnen aannemen die het welzijn ondersteunen en negatieve mentale en emotionele gezondheidseffecten verminderen.

De vele vormen van schermtijd

Schermtijd lijkt op het eerste gezicht gemakkelijk te begrijpen: het is simpelweg de tijd die wordt doorgebracht op apparaten met schermen zoals smartphones, tablets, laptops en tv's. Maar deze basisdefinitie verbergt de verscheidenheid binnen de digitale activiteiten van mensen. Om de impact van schermtijd echt te begrijpen, moet je dieper kijken naar specifieke digitale activiteiten en hoe deze de cognitieve functie en geestelijke gezondheid beïnvloeden.

In ons onderzoek verdelen we de schermtijd in vier brede categorieën: educatief gebruik, werkgerelateerd gebruik, sociale interactie en entertainment.

Voor het onderwijs kunnen activiteiten zoals online lessen en het lezen van artikelen cognitieve vaardigheden zoals probleemoplossing en kritisch denken verbeteren. Digitale tools zoals mobiele apps kunnen dat wel ondersteunen het leren door het stimuleren van motivatie, zelfregulering en zelfbeheersing.

Maar deze hulpmiddelen ook uitdagingen opleverenzoals het afleiden van leerlingen en het bijdragen aan een slechtere herinnering in vergelijking met traditionele leermethoden. Voor jonge gebruikers kan schermgebaseerd leren dat zelfs zijn negatieve gevolgen over ontwikkeling en hun sociale omgeving.

Schermtijd voor werk, zoals het schrijven van rapporten of het bijwonen van virtuele vergaderingen, is een centraal onderdeel van het moderne leven. Het kan de productiviteit verbeteren en werken op afstand mogelijk maken. Echter, langdurige blootstelling aan het scherm en multitasking kan ook leiden tot stress, angst en cognitieve vermoeidheid.

Scherm dat wordt gebruikt voor sociale verbinding helpt mensen met anderen te communiceren via videochats, sociale media of online communities. Deze interacties kunnen bevorderen sociale verbondenheid en zelfs de gezondheidsresultaten verbeteren zoals verminderde depressieve symptomen en verbeterde glykemische controle voor mensen met chronische aandoeningen. Maar passief schermgebruik, zoals eindeloos scrollen op sociale media, kan dat wel leiden tot negatieve ervaringen zoals cyberpesten, sociale vergelijking en eenzaamheid, vooral voor tieners.

Schermen die worden gebruikt voor entertainment zorgen voor ontspanning en stressverlichting. Mindfulness-apps of meditatietools kunnen dat bijvoorbeeld wel angst verminderen en emotionele regulatie verbeteren. Creatieve digitale activiteiten, zoals grafisch ontwerp en muziekproductie, kunnen stress verminderen en de geestelijke gezondheid verbeteren. Te veel schermgebruik kan echter wel voorkomen welzijn verminderen door fysieke activiteit en tijd voor andere lonende bezigheden te beperken.

Hoe je het gebruikt

Schermtijd heeft een verschillende invloed op mensen, afhankelijk van factoren als stemming, sociale omgeving, leeftijd en gezinsomgeving. Je emoties voor en tijdens schermgebruik kunnen je ervaring bepalen. Positieve interacties kunnen je humeur verbeteren de eenzaamheid kan zich verdiepen met bepaalde online activiteiten. Dat hebben wij bijvoorbeeld gevonden verschillen in leeftijd en stressniveaus beïnvloeden hoe snel mensen worden afgeleid door hun apparaten. Waarschuwingen en andere veranderingen leiden gebruikers af, waardoor het moeilijker wordt om zich op taken te concentreren.

Ook de sociale context van schermgebruik doet ertoe. Het kijken naar een film met familie kan de banden versterken, terwijl het gebruik van schermen alleen het gevoel van isolatie kan vergroten, vooral als het face-to-face interacties vervangt.

Familie-invloed speelt ook een rol. Bijvoorbeeld het schermgedrag van ouders invloed hebben op het schermgedrag van hun kinderenen gestructureerde ouderbetrokkenheid kunnen overmatig gebruik helpen terugdringen. Het benadrukt het positieve effect van gestructureerde ouderbetrokkenheid, samen met bewuste sociale contexten, bij het beheren van de schermtijd voor gezondere digitale interacties.

Het probleem met schermtijdstudies

Dankzij technologie kunnen onderzoekers het schermgebruik nu nauwkeurig volgen, maar simpelweg uren tellen geeft ons niet het volledige beeld. Zelfs als we specifieke activiteiten meten, zoals sociale media of gamen, geven onderzoeken vaak niet de mate van betrokkenheid of intentie weer. Iemand kan bijvoorbeeld sociale media gebruiken om op de hoogte te blijven of om uitstelgedrag te vertonen.

Studies over schermtijd variëren vaak in de manier waarop ze deze definiëren en categoriseren. Sommigen richten zich op de totale schermbelichting zonder onderscheid te maken tussen activiteiten. Anderen onderzoeken specifieke soorten gebruik, maar houden mogelijk geen rekening met de inhoud of context. Dit gebrek aan consistentie bij het definiëren van de schermtijd maakt het moeilijk om onderzoeken te vergelijken of bevindingen te generaliseren.

Het begrijpen van schermgebruik vereist een genuanceerder aanpak dan het bijhouden van de hoeveelheid tijd die mensen op hun scherm doorbrengen. Het onderkennen van de verschillende effecten van specifieke digitale activiteiten en het maken van onderscheid tussen actief en passief gebruik zijn cruciale stappen. Het gebruik van gestandaardiseerde definities en het combineren van kwantitatieve gegevens met persoonlijke inzichten zou een vollediger beeld opleveren. Onderzoekers kunnen ook bestuderen hoe schermgebruik mensen in de loop van de tijd beïnvloedt.

Voor beleidsmakers betekent dit het ontwikkelen van richtlijnen die verder gaan dan de standaardlimieten door zich te concentreren op aanbevelingen die geschikt zijn voor specifieke activiteiten en individuele behoeften. Voor de rest van ons moedigt dit bewustzijn een uitgebalanceerd digitaal dieet aan dat verrijkende online en offline activiteiten combineert voor een beter welzijn.

Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd op The Conversation door Rinanda Shaleha bij Penn-staat. Lees de origineel artikel hier.



Source link